* samen met Marc, Andres en Nora *
Het is donderdag ochtend 17 december. Nora heeft al schoolvakantie, Andres is bezig aan zijn laatste dag. Na een ochtendje kleuren en knutselen met Nora denk ik slim te zijn (daar gaat het al mis waarschijnlijk) en nog snel even kattenvoer te gaan halen bij de Marina, voor ik Andres van school haal.
De Marina is een grote winkel met – soms – veel blikken kattenvoer. Ik heb nog 45 minuten en rijd er zo’n 10 minuutjes op dus dat moet nog makkelijk lukken. In de normale wereld.
Ik ben er warempel bijna; geen president die wegen afzet, geen gedoe of drukte en geen politiecontroles. Of wacht… Op het kruispunt net voor de Marina word ik aangehouden door mij nog onbekende agenten. Dus een snelle begroeting door mijn raampje met de vermelding dat ik haast heb en ik de volgende keer weer een praatje maak, zal niet lukken.
Wellicht ben ik enigszins geërgerd (want daar gaat mijn snel-snel), dus ik doe mn raampje open, roep bonjour, glimlach en steek ze mijn autopapieren toe. Dom dom dom… Ik had natuurlijk moeten vragen naar de familie en de warmte of koude en het stof.
Mijn papieren zijn in orde, dat weet ik. Ze nemen ze mee naar een derde collega en staan een tijdje te ouwehoeren aan de overkant van de straat. Ik krijg het warm; de tijd begint zo wel snel te korten en airco met open raam gaan niet zo goed samen.
Eindelijk komen ze terug en ik tover opnieuw een glimlach tevoorschijn. “Alles goed, heren? Wat is het warm he, zo in de zon”. Of ik mijn achterraam wil laten zakken, krijg ik terug.
Dit gaat niet zoals gehoopt. Ik laat het raampje zakken en kijk oprecht vragend naar de agent die met mijn papieren zwaait. Waar mijn ‘permis’ is, voor de geblindeerde ramen? Ik wist zelfs niet dat ik geblindeerde ramen had! Of nou ja een beetje geblindeerd wel, gewoon voor de zon enzo. Toch? Mag niet volgens de man, moet ik een of ander formulier of bewijs voor hebben. Hoewel ik het enerzijds knap vind dat ze nu wéér iets nieuws gevonden hebben, heb ik echt geen zin of tijd voor deze discussie. Ik vermeld dat ik dat niet wist, dat het in twee jaar tijd nog nooit een probleem geweest is. Maar dat als het nodig is, ik er achteraan zal gaan en ervoor zal zorgen. En ook echt dat het me spijt, maar dat ik nu mijn zoon van school moet gaan halen.
Er is er eentje afgedropen, op zoek naar nieuwe slachtoffers. Maar de andere twee volharden. Het wordt een getouwtrek en een nodeloze discussie. Ik krijg mijn autopapieren niet terug en moet mee naar het bureau. Eventueel mag ik eerst mijn kind nog ophalen, zonder papieren en dan terugkomen. Zelfs afkopen lukt niet, of ja alleen als ik 24.000 CFA (zo’n 36 €) betaal.
Ik heb er geen zin meer in. En wat doe je dan? Dan bel je Marc. Of ik toch in ieder geval.
Maar ja, ik durf niet in mijn auto te bellen voor de ogen van die agenten. Dus maak ik aanstalten om uit te stappen. Man boos: ik moet blijven zitten. Ik boos: ik zei toch dat ik moest bellen en mooi niet dat je me ook nog een boete gaat geven voor bellen achter het stuur! Opnieuw moet er overlegd worden met de derde agent. Dan krijg ik toestemming om te bellen in mijn stilstaande auto. Alhamdoelillah!
Marc belt een mannetje en die belooft naar me toe te komen. Zelf gaat hij Andres ophalen. Zie je wel dat Marc bellen een goed idee was! Maar intussen zit ik nog steeds in die kokende zwarte auto, op het rijvak tussen de toeterende en boos kijkende chauffeurs. Ik vraag of ik me, in afwachting van de gebelde persoon, mag parkeren aan de overkant van de straat? Op die parkeerplaats van de meubelwinkel? “Nee”.
MAAR IK BLOKKEER HET VERKEER! Dat verkeer dat JIJ veilig dient te houden! En daar is schaduw, alsjeblieft please het is hier zo warm… En ik ga echt niet ontsnappen, jij hebt mijn papieren, remember?
Nog maar eens voor overleg naar de collega, vijf minuten later sta ik op de parkeerplaats.
Gelukkig is de Denys-collega er snel. Ik mag niet mee om te praten met de agenten, en daar ben ik heel blij om. Dat ze het samen uitzoeken. Ik ga naast de auto op een paaltje in de schaduw zitten en aanschouw het machtsvertoon. Het duurt een minuut of 5 en dan ben ik vrij om te gaan. Geen boetes of bureau bezoekjes. En de belofte dat ze me op de terugweg niet opnieuw zullen aanhouden. Want ja, ik besluit om alsnog kattenvoer te gaan halen. Dan is dit gedoe niet helemaal voor niets geweest. En bovendien is het voer ook gewoon op.
Verder gaat het wel goed hoor, hier in Niamey. De lokale verkiezingen verliepen rustig, de collega’s en vrienden die de laatste weken een covid test moesten doen testten tot nu toe negatief en beide kinderen hebben een leuke kerstviering gehad op school. Al was dat nog wel even spannend; de kinderen waren een paar dagen thuis geweest van school en hadden dus de nodige voorbereidingen gemist. En moeders alle informatie.
Gelukkig vroeg de juf van Nora een dag van te voren of ik toch wist dat er inbreng gevraagd werd aan de ouders, voor de picknick? Dat kon nog net geregeld worden. Dat ik het daarna vergat was mijn eigen schuld.
Ik werd eraan herinnerd toen ik diezelfde avond een berichtje kreeg in de whatsapp groep van Andres zijn klasje: of we niet zouden vergeten de kinderen in rood/witte kleding naar school te sturen morgen?
Help! Hoezo? Waarom? Andres sliep al, die kon ik het niet vragen. Een paar appjes naar de juf verder wist ik dat ze om 9.30 een kerstvoorstelling zouden doen voor ons, ouders. Good to know.
Ik zocht Andres zijn (te kleine) voetbal outfit van de Rode Duivels snel klaar en bedacht toen dat ik dus nog een cake moest bakken voor Nora. De tas voor de inzameling van bruikbare goederen voor het weeshuis stond gelukkig klaar. Uiteindelijk kwam dan ook alles goed en iedereen had het leuk. Maar nu ben ik wel toe aan vakantie.
Geweldig verhaal Elske🤣😂maar ook heel vermoeiend
LikeLike
Haha nou echt hè..! 😅
LikeLike